Hoe kun je april beginnen zonder 1 april? Nou, niet dus. Dit jaar kreeg ik weer een hoop commentaar op mijn afwezigheid tijdens de repetitieavonden. Maar ach… als de regie ineens besluit om zomaar andere data te kiezen, dan weet je genoeg. Geen woorden aan vuil maken.
1 april is en blijft een feest, en een feest waar ik altijd bij ben. Zolang mogelijk als Koekebakker. Papa’s trots.





Op 3 april vloog ik voor een bliksembezoek naar Athene, in, uit, weg. In het weekend stonden we natuurlijk weer bij ons huis. Alles zit in de afwerkfase. Het zwembad is gevuld, de kriebels zijn begonnen, en in ons hoofd waren we al in mei aan het verhuizen.


Jasperina’s moeder werd 80 en Klaas 85. Tijd voor een feestje, dachten wij… maar het bleek een lunch te zijn. En dat was voor ons nét iets te ver voor een retourtje op één dag.
Ons hoofd zat toch vooral bij het huis. Ik mocht mijn Hue-spotjes in de woonkamer installeren, spelen met licht, beter wordt het niet. De deurbel en elektra werden getest. Alles wijst op oplevering. En in de weekenden zwierven Jasperina en ik al door tuincentra, op jacht naar bloemen en struiken. De voorpret is ook wat waard.





Eind van de maand deden we nog een dagje Monte Gordo, omdat Nuno daar zou komen koken tijdens een openluchtfestival. Tenminste… dat dachten we. Een klein communicatiefoutje, zullen we maar zeggen.


Maar goed, eind april lijkt ons huis bijna klaar, en de modelwoning op de hoek ziet er al tiptop uit. Wij hebben er zin in. We hebben zelfs al ligstoelen gekocht voor bij het zwembad en het dakterras. En natuurlijk werd dat een belevenis, want in Portugal een stoel bestellen is niet zoals in Nederland. Uiteindelijk hadden we twee van de vier stoelen, gekocht in een andere winkel, en lang leve de aanhanger, onze stille held van de maand.

